Historie van de kerk

Historie kerk Loppersum

Op de wierde van Loppersum verrees na 1217, waar een tufstenen kerk door brand was verwoest, een éénbeukige romaanse kerk met een gesloten koor. Door de eeuwen heen werd deze kerk steeds verder verbouwd en uitgebreid tot de huidige imposante kerk. Een halve eeuw na de grondlegging werd het schip van de kerk verhoogd en het koor vervangen door een dwarsschip met romanogotische meloenvormige koepelgewelven en een nieuw koor met kruisribgewelven. Eind vijftiende eeuw werden in de beide dwarsarmen koorkapellen in laatgotische stijl gebouwd. De sacristie kwam aan de noordoostzijde. In de zestiende eeuw werd het dwarsschip aan de zuidzijde verder uitgebreid met een zijbeuk. Door deze verbouwingen werd het interieur van de kerk ook sterk uitgebreid.

De forse toren met drie verdiepingen en een zadeldak dateert uit eind veertiende eeuw. In 1610 werd de toren met zijn drie meter dikke muren verbouwd. Via een spitsboognis onderin de toren komt men de kerk binnen. De kerk, in de middeleeuwen gewijd aan Petrus en Paulus, is gebouwd voor de katholiek godsdienst. Na de Reductie van Groningen in 1594 werd deze kerk een protestantse kerk. Alles wat herinnerde aan de katholieke periode werd uitgewist: altaren en beelden vernield, gewelf- en muurschilderingen overgeschilderd. Bij de restauratie in 1953-1959 kwamen verschillende vijftiende en zestiende schilderingen weer tevoorschijn zoals op de koorwand het Laatste oordeel, nieuwtestamentische voorstellingen, de patroonheiligen Petrus en Paulus en kerkvaders op de koorgewelven en scenes met Maria in de Mariakapel.

De preekstoel dateert uit de late zeventiende eeuw. De herenbank uit 1650 herinnert aan de adellijke familie Rengers en Van Starkenborg. Orgelbouwer Hinsz voorzag in 1735 het zestiende-eeuwse orgel van nieuw binnenwerk en in 1803 verving Freytag dat deel in het rugpositief. In september 2019 werd het orgel, een uniek kerkelijk monument, geheel gerestaureerd.